De arbeidsmarkt verandert razendsnel, maar biedt onze wetgeving genoeg bescherming voor de werkenden van vandaag en morgen? Het recente advies van de Raad van State over de Wet VBAR stelt kritische vragen bij de effectiviteit van deze nieuwe maatregelen.
In het licht van toenemende onzekerheid op de arbeidsmarkt heeft de Raad van State recentelijk zijn advies gepubliceerd over het wetsvoorstel Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden (VBAR). Dit voorstel beoogt schijnzelfstandigheid aan te pakken en kwetsbare werkenden meer zekerheid te bieden. Maar, zoals blijkt uit het advies, is het pad naar duurzame oplossingen complexer dan gedacht.
De Raad benadrukt dat de voorgestelde wetgeving in feite slechts bestaande regels formaliseert. De kernproblemen, zoals de onduidelijke grens tussen zelfstandigheid en loondienst, worden hierdoor niet opgelost. Het voorgestelde rechtsvermoeden van een arbeidsovereenkomst (voor werkenden met een uurtarief onder €33,-) wordt in twijfel getrokken. Zal dit werkenden werkelijk helpen, of zal het vooral leiden tot juridische onzekerheid?
Daarnaast roept de Raad op tot bredere hervormingen, inclusief fundamentele herzieningen van het sociale zekerheidsstelsel. Volgens de Raad kan alleen een aanpak die verder kijkt dan contractvormen een duurzaam evenwicht creëren tussen flexibiliteit en bescherming.
Voor bedrijven, werkenden en beleidsmakers legt dit advies de vinger op de zere plek. Hoe creëren we een eerlijk speelveld, zonder innovatie en ondernemersvrijheid te beperken? Hoe zorgen we ervoor dat kwetsbare werkenden niet langer tussen wal en schip vallen?
Het volledige advies biedt waardevolle inzichten voor iedereen die betrokken is bij arbeidsmarktvraagstukken. Je kunt het hier lezen: Raad van State - Advies VBAR.